donderdag 9 december 2010

Sprinten

“Ik ben misselijk”, murmelde het meisje tegenover mij in haar mobieltje. Vanaf dat moment begon ik mij wat minder behaaglijk te voelen in het krappe vierzitsbankje in de propvolle trein. Ik checkte mijn ontsnappingsroutes en keek om de tien seconden even in haar richting. Ze werd met de minuut bleker.

Ergens voor Rheden, vroeg ik: ‘Gaat het?’ Het meisje schudde ontkennend. Mij bekroop steeds meer het gevoel dat ik van alle reizigers de minst gunstige zitplek had gekozen. Tegelijkertijd leek het me na deze vraag niet erg netjes om op te staan en elders een zitplaats te zoeken. Die waren er trouwens ook niet, al had ik met een staanplaats nu ook genoegen genomen.

Tijd voor schadebeperkende maatregelen. De mannen om mij heen leken zich niet gewaar van het naderende onheil. Achteloos bladerden ze door hun krantjes. ‘Ze moet overgeven, hebben jullie een plastic zak?!’ Doorbrak ik de staat van onwetendheid ruw. De heren reageerden abrupt door nerveus in hun tassen te gaan grabbelen. Nee. Niemand had een plastic tas.

Het meisje maakte een peristaltische beweging en hield haar handen voor haar mond. Ik sprong in het gangpad. Fantoomkots. Er gebeurde verder niks, maar de mannen waren nu ook in de opperste staat van paraatheid. “Je muts, geef haar je muts!” zei mijn eerdere buurman, die nu het meest in de vuurlinie zat, tegen me.

Yeah, right. Mijn muts. Voor het arme kind wilde ik m’n muts best opofferen, maar wat heb je aan een muts als je moet braken? Een vergiet leek me nog nuttiger… Nee, meneer probeerde voornamelijk zijn eigen hachje te redden. Zo’n eerste golf in mijn muts gaf hem natuurlijk tijd om te ontsnappen.

“Ga even naar het toilet”, zei de man naast haar. Ongetwijfeld ook om het probleem voor zichzelf op te lossen. Het toilet. Welk toilet? Bedacht ik. Er rest de misselijke reiziger in deze Sprinters toch niets anders dan het meubilair en medereizigers onder te vomeren? Dat had hij toch in zijn krantje kunnen lezen?! Schandalig. Iedereen weet toch dat de aanmoediging ‘kunt u het nog even ophouden tot het volgende station?’ weinig effect sorteert bij de buikgrieperige medemens?

Dit meisje bleek evenwel over een ijzeren wil te beschikken. Tot Dieren wist ze de kaken op elkaar te houden. Ze moest nog verder, maar het leek haar toch wijzer om uit te stappen. Arme meid. Ze wist het vast niet. De NS zijn spijkerhard: op station Dieren zit het toilet ook dicht.